Kantoorgebouw De Noordstar en Boerhaave, Gent (1932)

Onze zuiderburen zijn goed vertegenwoordigd in de serie ‘InspiredByDudok’. Vooral in Vlaanderen vinden we de nodige woningen, scholen, kantoren en zelfs een brandweerkazerne in de trant van de Hilversumse gemeentearchitect. Dat is niet verwonderlijk want in de dertiger jaren reisden veel Belgische architecten en studenten naar Hilversum om Dudoks architecturale hoogstandjes met eigen ogen te aanschouwen. Zozeer zelfs dat architect P. Verbruggen zich in 1932 in een artikel in het tijdschrift L’Emulation bezorgd maakte dat ‘de architectuurbedevaarten naar het nieuwe Mekka Hilversum’ de start zouden betekenen van een niet bestudeerde en dus gevaarlijke klakkeloze navolging. 

Een slaafse navolger was de Vlaamse architect Marc Neerman (1900-1944) naar verluidt niet. Van hem wordt beweerd dat van zijn hand niet zozeer letterlijke kopieën en citaten zijn te vinden, maar wel geheel eigen interpretaties van Dudoks vormentaal. Toch is het Noordstargebouw aan de Abdisstraat/Groot-Brittanniëlaan in Gent een zeer Dudokiaans ontwerp. 

In 1932 wint Neerman de ontwerpprijsvraag voor een nieuw kantoorgebouw in Gent voor de Nederlandse verzekeringsmaatschappij De Noordstar (in 1936 verdergegaan als De Noordstar en Boerhaave). Het winnende ontwerp wordt gekenmerkt door een – oorspronkelijk – asymmetrische compositie van een horizontaal bouwdeel en een hoger verticaal volume. In het horizontale bouwdeel zien we een vrij letterlijke verwijzing naar de monumentale zuidgevel van Dudoks Raadhuis in Hilversum. Ook de hoog opgaande verticale toren boven de overluifelde entree brengt ons in gedachten terug naar Hilversum. En, eigen interpretatie of niet, de gele baksteen met de Dudokvoeg – de horizontale schaduwvoeg die Dudok in het Raadhuis toepaste – laat niets aan duidelijkheid over: we hebben hier met een rasechte Inspired By te maken. 

Het kantoorgebouw markeerde een kentering in het werk van Neerman naar een meer zakelijke, kubistische architectuurstijl, die voorheen voornamelijk in een expressionistische en art deco stijl ontwierp. Dat zie je ook terug in het enkele jaren later ontworpen woonhuis met privékliniek van Dr. de Maeyer aan de Kortrijksesteenweg in Gent. 

Dit pand vertoont in de opbouw van de gevel de harmonieuze afwisseling tussen horizontale en verticale volumes die Dudok zo goed beheerste. Het hoge bouwdeel – dat het trappenhuis bevat – dient als scharnierpunt tussen twee lagere haaks op elkaar staande vleugels. Het enorme verticale venster in dit bouwdeel wordt bekroond met een klein luifeltje, een typisch Dudok-element om het spel met licht en schaduw te kunnen spelen. De blauwe en goudkleurige keramische tegels die de muurdammen sieren zijn niet toevallig de kleuren die Dudok ook vaak toepaste. Twee halfcirkelvormige balkonnetjes aan de zijde van de binnentuin zijn een directe verwijzing naar de vormentaal van Dudoks eigen woonhuis. 

Kantoorgebouw De Noordstar en. Boerhave in 1982. Afb. Vlaamse Gemeenschap. Collectie Agentschap Onroerend Erfgoed, CC BY 4.0

De Noordstar kreeg al snel erkenning en werd lovend besproken in de tijdschriften La Cité en Bâtir. In 1934 won het de Van de Venprijs, tussen 1928 en 1968 een van de belangrijkste prijzen voor moderne architectuur in België. Maar hoewel het oorspronkelijke ontwerp nog wel herkenbaar is, doen de in 1972 toegevoegde verdiepingen en ophoging van het linkerbouwdeel (naar ontwerp van de Kortrijkse architect J. Baert) enigszins afbreuk aan het Dudokiaanse gevoel dat het gebouw in de dertiger jaren moet hebben opgeroepen. En dat geldt ook voor de extra verdieping waarmee het woonhuis van Dr. de Maeyer ooit is opgehoogd, en waarmee Neerman al in zijn ontwerp rekening had gehouden.  

Beide gebouwen van Neerman zijn inmiddels een beschermd monument. Het kantoorgebouw werd in de tachtiger jaren uitgebreid met een flinke aanbouw op de hoek van de Abdisstraat (waar voordien enkele rijwoningen stonden) naar ontwerp van de Gentse architect Henk de Smet. Sinds 2013 wordt het gebouw gebruikt door de Universiteit Gent. In de voormalige woning en privékliniek van Dr. de Maeyer worden tegenwoordig kamers verhuurd, onder andere voor studenten. 

Bronnen: 
Marc Dubois,  ‘Invloed van de architectuur van W.M. Dudok in Vlaanderen’, Ons Erfdeel 26 (1983), pp. 229-235. 
Leen Meganck, Bouwen te Gent in het interbellum (1919-1939). Stedenbouw, onderwijs, 
patrimonium. Een synthese, Proefschrift Universiteit Gent, 2002. 
Pieter Winters, België bouwt in baksteen. Nederlandse ontwerpen als voorbeeld in de Belgische  architectuur in de periode 1918-1940, Masterscriptie Architectuurgeschiedenis Vrije Universiteit  Amsterdam, 2010. 
Website: https://inventaris.onroerenderfgoed.be/